dinsdag 11 november 2014

de schoonmaak



Halloween is ten einde.
Boven de molentak hingen laaghangende takken vol rotzooi en ondefinieerbare plantenresten, spooky…

 



“Molenaar met lieslaarzen, wil jij ons helpen de bomen schoon te maken?”
Vroegen twee lieftallige collegae die de bosflora verzorgden en daarmee ook de oevers langs het onderwater van de Molentak.

“Natuurlijk, het bevorderen van de doorstroom van het water is een taak van de molenaar.”

Een volstrekte leek kon zien dat de naargeestige en spooky troep de doorstroom belemmerde. Enkele bomen langs de hoge oever waren door het gewicht van de klimop over het water gebogen. Afhangende slierten van deze woekerplant visten bij hoog water naarstig in het rond. Stroomafwaarts waren enkele takken dodelijk door het water omhelst. Planten en zelfs een enkel stuk plastic hingen als gebarsten mummiezwachtels aan de takken.


Daar sta je dan, midden in de molentak om vlijtig de hangende takken af te knippen.

 

Het lukte. Al snel leek het onderwater in de kasteeltuin op een Engelse landschapstuin waarvan het concept

leunt op de voorstelling van romantische, parkachtige landschappen met verrassende doorkijkjes. In de praktijk wordt dit doorgaans gestalte gegeven door de aanleg van grasvelden, liefst op heuvelachtig terrein, omgeven door en afgewisseld met boomgroepen."

Net natuurlijk, gevormd door mensen handen.
"In de tuinaanleg blijft water nog steeds belangrijk.”


Gelukkig, de foto is in Nederland en in niet Engeland genomen’,



Boven aan de helling bloeit een heuse Gelderse roos (Viburnum opulus) die in Nederland vooral te vinden is
“in het rivierengebied langs kreken of strangen.”

En langs de Molentak die erg veel op een kunstmatige strang van de Geul lijkt.

“Een strang of hank is een nevengeul van een rivier binnen een uiterwaard. Ze spelen een gunstige rol ten dienste van het waterbergend vermogen bij hoog water. Het zijn veelal half-dichtgeslibde restanten van de rivier die vroeger met enige regelmaat zijn loop verlegde.”



“De vruchten van Gelderse roos kun je koken. Daarna zijn ze eetbaar; ze worden in balkanlanden traditioneel verwerkt tot vruchtenmousse.”

'Traditionele Balkan vruchtenmoes' klinkt als 'après-ski in Transsylvanië'.


Een broertje van de Gelderse roos, een cultivar of gekweekte variant, is de zogenaamde sneeuwbal (Viburnum opulus 'Rosea’). Niet te verwarren met de sneeuwbes (Symphoricarpos albus)



die giftig is en ‘klapbes’ wordt genoemd omdat je met die bessen heerlijk kunt schieten. Daarvoor stop je zo’n bes in een pvc-buisje voor elektrische draden. Aan de andere kant van de buis blaas je hard zodat de bes krachtig uit de pvc-buis schiet.
Een opgerolde krant kan je er ook voor gebruiken.

 

http://www.vuurwerkmuseum.nl/index.php?option=com_kunena&func=view&catid=9&id=5071&Itemid=43

 Voor liefhebbers, de sneeuwbes groeit iets lager langs de Molentak.


KLAP!



The end



woensdag 15 oktober 2014

'Gebroeders' bever en de vliegende travestieten

Oeps, bevers langs de Molentak,
ik heb ze niet gezien.
Het voelt alsof ik zwaar tekort ben geschoten als blogger.

Vandaag over het hek geklommen naar de weilanden langs het bovenwater.
Heerlijk genietend van de zon.
"Wat ben ik daar een lange tijd niet geweest."

Plots realiseerde ik me waarom,
een grote groep brandrode runderen keek mij aan.
Eerst nieuwsgierig.
Een voor een verhieven die dieren zich.
Langzaam kwam de kudde in beweging,
recht mijn kant uit.
De stier met zijn horens en zijn ring door de neus was niet te zien.
Toch was de langzaam voortbewegende kudde dreigend genoeg
om een foto te maken
en de weide snel te verlaten.


Sorry gebroeders bever,
ik kom buurten als die koeien op stal staan;
voorlopig geen beversporentraceren.

Wat ik niet zag, was het kalverblauwtje,

Bron: http://www.zilverenmaan.com/sites/klaverblauwtje.html

 waar boer Janssen zo smakelijk over vertelde:

“Het ecologisch maaibeheer met stroken is met name vanwege het klaverblauwtje. Dat is een zeldzame vlinder die zo’n 10 jaar geleden vanuit de Ardennen Nederland in trok. In feite is dat weiland naast het onderwater van de Molentak het eerste weiland in Nederland waarin die vlinder weer werd gesignaleerd. Door het maaien in stroken krijgt die vlinder te mogelijkheid over te springen."

Dat ik die vlinder nog nooit had gezien, is niet wonderlijk.

“Het klaverblauwtje is een sinds 1974 uit Nederland verdwenen standvlinder, maar werd daarna nog geregeld als zwerver waargenomen in Limburg. Sinds de jaren negentig van de twintigste eeuw is deze soort een onregelmatige standvlinder; recentere vestigingen in Zuid-Limburg blijken telkens slechts tijdelijk te zijn.
Habitat:
Droge, matig schrale graslanden, zoals kalkgraslanden, schralere hooilanden, brede kruidenrijke schrale wegbermen en zonnig gelegen, vrij vochtige en kruidenrijke, extensief begraasde weilanden.
Waardplanten:
Rode klaver; soms wondklaver.”

Op waarnemingen.nl staan waarnemingen uit de Sint Pietersberg en het Poppelmondedal van de Jeker en zelden waarnemingen van elders, de Volmolen bij Epe en enkele locaties die verborgen zijn als een groot geheim voor vlinderspotters.

“op een aantal andere plaatsen in Zuid-Limburg zijn in 2002, 2003 en 2004 exemplaren waargenomen, bijvoorbeeld bij Valkenburg en Slenaken. Het is nog niet duidelijk of dit blijvende populaties betreffen, voorlopig is het klaverblauwtje formeel nog een onregelmatige standvlinder.”
schrijft de Vlinderstichting op haar website.

“Vanaf midden jaren negentig zit hij altijd wel ergens in Zuid Limburg.”

op een geheime locatie: de Molentak.

Een bijzonderheid van het klaverblauwtje:

“Er is sprake van seksueel dimorfisme.”

"Seksuele dimorfie (sexus = geslacht; di = twee; morphe = vorm, gedaante) of geslachtsdimorfie is het verschil in uiterlijk tussen mannetjes en vrouwtjes bij dezelfde diersoort en kan ook optreden bij planten, zoals bij sommige varens. Het betreft hier niet de geslachtsorganen zelf, maar andere morfologische verschillen in lichaamsvorm, lichaamsgrootte of lichaamskleur.
Bij de meeste dieren verschillen mannetjes en vrouwtjes niet heel erg, maar bij sommige dieren is de seksuele dimorfie zo sterk dat lange tijd gedacht werd dat mannetjes en vrouwtjes tot verschillende soorten behoorden. Bij een aantal vissen en wormen werden de mannetjes lange tijd aangezien voor parasieten."

Los van de vraag of sommige mannen, of carrièrevrouwen die hen nadoen,  parasieten zijn of niet, zie je bij sommige seksueel dimorfe diersoorten een ander verschijnsel:

“Vliegende travestieten

Vrouwelijke vermomming helpt ruzie te voorkomen

Waarom vermommen mannen zich soms als vrouwen? Bij dieren kan zoiets alleen op grote schaal gebeuren als dat goed is voor de voortplanting. Voor bruine kiekendieven lijkt het voordeel van travestie ‘m te zitten in het dempen van agressie.

Er zijn ook diersoorten waarbij de travestieten blijvertjes zijn. Er is bijvoorbeeld een Amerikaanse mestkever waarvan drie typen mannetjes voorkomen. Een van die types lijkt net een vrouwtje en gedraagt zich ook zo. Tot de grote, bazige mannen even niet opletten, natuurlijk. Zo krijgt hij nageslacht zonder energie in gevechten te hoeven steken. Deze tactiek is zo succesvol, dat er een stabiel evenwicht is ontstaan tussen de drie mannentypen. Tot welk type een keverbaby uitgroeit, is genetisch vastgelegd.”

Zie:

De mestkever van het oude Egypte, de scarabee, is een heilig dier.

Bron: http://www.egyptischewebwinkel.nl/egyptische-scarabeen-c-39.html

 In het graf van 'prins' Toetanchamon is een scarabee gevonden.

Bron: http://jesper-schattenvanegypte.blogspot.nl/2011/02/de-gevleugelde-scarabee.html

"In hiërogliefen staat de afbeelding van een scarabee voor de drie medeklinkers xpr, wat door egyptologen wordt vertaald als "transformeren""
http://nl.wikipedia.org/wiki/Scarabee

Travestiet, meester in het transformeren.

Geldt dit voor het klaverblauwtje?
Ik heb geen wetenschappelijke verwijzingen gevonden, hoewel...

“Het Klaverblauwtje (Poyommatus semiargus) behoort tot de familie van de Blauwtjes (Lycaenidae). Zoals op de foto te zien is, is de bovenkant van de vleugel bij het mannetje diep violetblauw met een brede zwarte rand. Het vrouwtje heeft een andere kleur, men noemt dit seksueel dimorfisme. De vrouwtjes hebben namelijk een bruine kleur van de bovenvleugels.”
http://www.zilverenmaan.com/sites/klaverblauwtje.html

Klaverblauwtje, man Bron: http://blog.seniorennet.be/grootlanaken/archief.php?ID=657750

Klaverblauwtje vrouw Bron:  http://blog.seniorennet.be/grootlanaken/archief.php?ID=657750

Ach ja, het blauw van het klaverblauwtje is puur macho imponeergedrag,
maar bij het liefdesspel,
lijken beide seksen veel op elkaar,
vrouwelijker dan ooit.

Bron:   http://www.friendsfotografie.nl/Vlinders/slides/Klaverblauwtje.jpg

De drie cirkels edelstenen
bij de scarabee van Toetanchamon;
met groen-bruin van de vrouw,
dan een blauwe cirkel van de man
samen de buitenste cirkel bont gekleurd
met duidelijke accenten 'ogen' vanuit het centrum. 
De Egyptenaren hadden bijzondere natuurkennis.

"Gebroeders' bever, jullie zijn straks aan de beurt.

Zie ook het boek:
“’Evolution’s rainbow’ diverity, gender and sexuality in nature and people, why Darwin was wrong about sexual selection’by Joan Roughgarden, University of California Press. London 2004.


dinsdag 14 oktober 2014

Boer Janssen (interview)


Eindelijk, ik heb een gesprek met boer Janssen uit Klimmen.
Maandenlang probeerde ik die bijeenkomst te beleggen. Maar ja, een echte boer leeft met de natuur; wisselvallig.
Nu zitten wij samen in het Höfke, het verenigingslokaal van IVN Valkenburg.
Het gesprek komt moeizaam op gang.

“Meneer Janssen, ik heb U uitgenodigd om over twee dingen te spreken, uw ervaring als boer op weilanden langs de Molentak en over mijn droom als molenaar, graan te malen voor boeren in de omgeving zonder dat de IVN telkens graan in hoeft te kopen.”
“Laten wij beginnen met het eerste.”

DE WEILANDEN LANGS DE MOLENTAK

“Het valt mij op dat er veel springbalsemien staat langs de Molentak, doet U daar iets aan?”
“Ik doe er niets aan. Dat is de afdeling van Roer en Overmaas.”

“Hoe is de samenwerking tussen U en instellingen zoals het Waterschap Roer en Overmaas en de gemeente Valkenburg aan de Geul?”
“Ik signaleer vooral voor de gemeente en andersom toen laatst een dood kalf in de Molentak dreef. Dan krijg ik dat van de gemeente te horen. Ik heb geen last van het waterschap, wel van de gemeente. De gemeente bedient de verdeelsluis niet goed en als het water te laag staat, kunnen kalveren verdrinken.”

“Meneer Janssen, ik ken dat. Al een paar keer wilde ik flink malen maar omdat de verdeelsluis niet goed openstond, werd de Molentak te snel leeg gemalen en moest ik halverwege de middag vanwege watergebrek staken met malen.”
“Het zou goed zijn samen naar de gemeente te gaan om dit aan te kaarten.
Het gebeurt de laatste tijd wel vaker nu ik Brandrode runderen heb, dat kalveren in de Molentak vallen. Als die runderen gaan kalveren, gaan ze wat afzijdig van de kudde liggen. Ik heb geconstateerd dat zij zich dan graag langs de Molentak terugtrekken met hun baarmoeder opening richting het water. Het is al verschillende keren gebeurd dat zo, bij het kalveren, een kalf in het water gleed. De oevers van het weiland naar de Molentak zijn soms verraderlijk stijl. De bewoners van Genhoes of Natuurmonumenten waarschuwen mij dan. ‘Boer er ligt een kalf in het water’.
Omdat dat geregeld gebeurde, heb ik besloten de koeien in de stal af te laten kalveren en niet meer buiten.”

“Bent U een biologische of een ecologische boer?”
“Ik heb een biologische bedrijfsvoering. In de jaren ’80, toen ik daarmee begon, heette dat ‘ecologisch verantwoord’. Dat was het woordgebruik. Wat het verschil is tussen biologisch of ecologisch, weet ik niet. In Limburg was ik de eerste gecertificeerde biologische boer.
In feite is het een andere manier van redeneren, je kijkt niet vanuit de landbouwer maar vanuit het dier.”

“Het valt mij op dat de weilanden langs de bovenloop van de Molentak sterk verschillen van de weilanden aan de onderloop. Wat zijn de belangrijkste oorzaken daarvan?”
“Beiden worden beheerd in nauw overleg met Natuurmonumenten. Het weiland bij het onderwater is met name hooiland.”

“In een van mijn blogs schreef ik over het maaibeheer van het land langs het onderwater. Een beheer dat bijzondere stroken oplevert.”
“Het ecologisch maaibeheer met stroken is met name vanwege het klaverblauwtje. Dat is een zeldzame vlinder die zo’n 10 jaar geleden vanuit de Ardennen Nederland in trok. In feite is dat weiland naast de Molentak het eerste weiland in Nederland waarin die vlinder weer werd gesignaleerd. Door het maaien in stroken krijgt die vlinder te mogelijkheid over te springen.

De bedoeling is dat ook de andere weilanden verruigen, door geen mest uit te dragen.

Een ander aspect van het ecologisch beheer is de lage vee bezetting; 1,5 volwassen koe per hectare. Normaal is dat 3 koeien.”

“En kalveren, hoe worden die geteld?”
“In feite rekenen wij met GVE Groot Vee Eenheid. Volwassen is een koe na 24 maanden. Een kalf is 0,6 GVE.

Het biologisch beheer van de weilanden langs de onderloop van de Molentak stamt reeds uit de jaren ’80, de weilanden langs de bovenloop zijn pas in 2003 in biologisch beheer genomen. Dat merk je aan de bloemenrijkdom langs de onderloop.”

“Heeft U in de loop der jaren nog andere bijzondere dingen waargenomen?”
“In de loop der jaren is ook het aantal reeën toegenomen. Nu worden ook zwijnen gesignaleerd.
Aan de bovenloop zitten sinds kort bevers met name bij Genhoes in de bocht. Proberen zij een dam te bouwen.”

“Oeps,” dacht ik bij mij zelf,
“wat waarnemingen gemist.”

“Hoe bent U vanuit Klimmen op deze terreinen terecht gekomen?”
“Omdat ik de eerste geregistreerde biologische boer in Limburg was, hebben Natuurmonumenten en het waterschap mij benaderd met de vraag of ik geïnteresseerd was hier te boeren. Ik had nieuwe grond nodig.”

“Zijn er ook nadelen aan deze locatie?”
“Het nadeel wat mij betreft, is dat er wel wat meer mest uitgereden mag worden, maar ja, daarvoor ben ik eenmaal boer.
Samen met Natuurmonumenten hebben wij besloten op de velden brandrode runderen te laten grazen, als zeldzaam inheems koeienras.
Toch valt de opbrengst van de koeien tegen. Je krijgt er minder geld voor als ik had gedacht.”

“Compenseert Natuurmonumenten dat?”
 “Ik weet geen eens of zij daar nog geld voor hebben.
Maar ik moet dit nog bespreken met die organisatie.

Toen ik hier pas begon heb ik ooit eens voor mijn ecologische cursus een werkstuk gemaakt over ‘mijn’ weilanden. Net als jij heb ik toen allerlei vragen gesteld en een inventarisatie gemaakt van de planten die hier groeien. Als jij wil, mag jij graag lezen.”
“Wat graag meneer Janssen.”

GRAAN MALEN

“Nu komen wij aan het tweede deel van ons gesprek; het malen van graan op de molen. 
Momenteel maalt IVN-Valkenburg graan tot veevoer op de molen. Dat geschiedt incidenteel. Het IVN koopt dan het graan in, maalt het en geeft het voor niet aan een hobbyboer.
Graag willen wij structureler malen. Dat is alleen mogelijk indien wij een goede afzet hebben en niet meer als IVN zelf graan hoeven in te kopen.”
“Jij mag voor mij graan malen op de molen.”

“De molen blijft primair een educatieve functie behouden.”
“Ik wil het graan graag betalen als het niet met tonnen gelijk gemalen wordt.
Hoeveel heb je nodig?”

“Op een dag kunnen wij, rekening houdende met voorbereidingstijd en opruimtijd, 200 kg tarwe of gerst malen.
Redelijk is aan te nemen dat 1 x per 14 dagen malen mogelijk is. Dan is te doen met de huidige personele bezetting van de molen. Daarbij blijft dan het graan ook niet te lang tussen de stenen zitten.
In het seizoen zijn er dan 12 maaldagen
12 x 200 = 2.44 kg graan. Dat lijkt mij een mooi getal om mee te beginnen.”
“Dat is mogelijk.”

“Wat zijn de eisen die U stelt aan het malen van graan op de molen?”
“Vereiste in verband met het ketenbeheer is dat het IVN een schriftelijke garantie geeft dat er geen gangbare tarwe en alleen biologische tarwe op de molen gemalen wordt. Dat kan het beste geregeld worden middels en contract.
Voor de rest zijn er geen vereisten omdat gewerkt wordt met een gesloten circuit.
Ik koop het graan, lever het af op de molen en haal het eens per 14 dagen, na het malen met de auto weer op.

Wat is de tegenprestatie die ik moet leveren? Hoe duur is het malen van graan op de molen?”
“IVN Valkenburg mag van de gemeente Valkenburg aan de Geul, die eigenaar is van de molen en de grond van de kasteeltuin, geen commerciële activiteiten ontplooien.

(foto Joep Crott)
 
Mijn grote droom is ooit eens een nieuwe steenkuip te hebben omdat de oude op den duur versleten is. Daarbij moet er een muisvrije opslagkist voor het graan op de molen komen.
Hoe zeer wij de muizen bestrijden, sinds kort geholpen door torenvalken, blijven die krengen op de molen komen.”
“Ik wil daar graag een financiële bijdrage aan leveren.”
“Bedankt.

Weet U wat meneer Janssen, het zou leuk zijn indien er een bord aan de buitenkant van de molen komt waarop vermeld staat dat de molen veevoer voor de brandrode koeien maalt. De bezoekers kunnen die koeien meteen buiten zien waardoor de verbondenheid tussen de molen en de directe omgeving groter wordt.
De historische band tussen de molen en de kastelen wordt zo hersteld. Tenslotte maalde de Schaloensmolen ook vroeger graan voor de boeren die landerijen van het kasteel pachtten.”
“Dat is een mooi streven!”

Gezamenlijk kwamen wij overeen dat de molenaar het plan verder uitwerkt en het aan het bestuur van IVN Valkenburg voorlegt zodat wij gezamenlijk het oordeel van zowel het bestuur als de gemeente mogen afwachten.

(Wordt vervolgd)



maandag 22 september 2014

MARIA PLANTEN


Inleiding
Een onderdeel van de opleiding tot natuurgids is het ‘biologisch moment’. Vertel in 5 minuten iets over de natuur. Ik vertelde afgelopen zaterdag over Maria-planten.

In doosjes had ik zes bloemen vergaard, de lelie, de roos, de wilde aardbei, de Mariadistel, het madeliefje en de wilde cichorei. Op de witte lelie na, bloemen die rond 'mijn molen' groeien.
De cursisten konden niet raden wat de overeenkomst was tussen de bloemen in het doosje. Ik begon dus met mijn presentatie:

Lourdesgrot Banholt

1 DE LELIE


Hans Memling: de annunciatie

De lelie komt uit een Bijbeltekst, uit het hooglied, dat vol staat met bruidssymboliek:
”Ik ben een lelie van de Saron, een wilde lelie in het dal.”

De  lelie heeft veel betekenissen die op Maria betrekking hebben:
de rechte stengel: Maria’s vroomheid;
de witte bloemen: de maagdelijkheid en onsterfelijkheid;
witte bloembladeren: de zuiverheid van Maria
hemelse geuren en
de kelk van het laatste avondmaal.

Daarom worden veel kerken met lelies versierd. Om de maagdelijkheid te waarborgen had een bisschop bevolen bij de bloemen de meeldraden en stampers te verwijderen alvorens ze in de kerk te plaatsen.

2. DE ROOS 


Stefan Lochner: Modonna im Rosenhag

Er zijn veel Maria-liederen waarin een roos centraal staat, zoals:
“Er is een roos ontsprongen ter midden van de nacht.”
Middeleeuwse kathedralen kenden ronde roosvensters en natuurlijk
de rozenkrans, het gebedssnoer van katholieken.
De rozenkrans, die in de middeleeuwen zijn opgang deed, is dit schilderij te vinden.

3. DE WILDE AARDBEI

Martin Schongauer: Madonna im Rosenhag

Martin Schongauer: Madonna im Rosenhag (detail)
De wilde aardbei heeft stralende witte bloemen met een goud hartje.
De schijnvruchten behoren in de schilderijen van Jeroen Bosch tot de verboden en verleidelijke vruchten. Maria staat boven deze vruchten.
Zo laag bij de grond zijn aardbeien het symbool voor nederigheid.
Het drie-delig blad symboliseert de drie-eenheid van de heilige geest.

Opmerkelijk is de rangschikking van planten tot kleine tuintjes op de schilderijen.
De heilige Benedictus, een grote kerkvader, had volgens de overlevering in de 4de eeuw een rozentuin. De eerste vermelding van een tuin gewijd aan Maria komt uit de levensbeschrijving van de Ierse St. Fiacre in de 7de eeuw van Christus.
In de middeleeuwen bloeide de traditie om speciale tuinen voor Maria aan te leggen op.
Vaak besloten tuinen (hortus conclusus) als teken van de maagdelijkheid vol bloemen die aan de heilige maagd werden geweid.

In de vorige eeuw ontstond een revival van dit soort tuinen. Tuinen die zowel op middeleeuwse leest waren geschoeid waar de symbolische betekenis van de planten centraal staan maar ook tuinen rondom een Lourdesgrot. De 'lourdestuinen' waren nieuw in die tijd.
Op de middeleeuwse leest geschoeid zijn in Nederland onder andere het Kerktuinpad in Wassenaar en de tuin in het Openluchtmuseum te Arnhem.
Je kunt die Mariatuinen vergelijken met zentuinen in de boeddhistische traditie.
Maar Zentuinen zijn echter niet gericht op één persoon. In middeleeuwse Maria tuinen staan planten die relatie tussen hemel en aarde symboliseren.

4. DE MARIADISTEL

 
Anonymi Noord Nederland: Maria met kind in een stralenkrans voor een rozenhaag
Zelfs de stekelige melkdistel is een Mariaplant
Het verhaal gaat dat toen Maria haar kind zoogde, hij zo gulzig was dat er melk uit Maria’s borsten op de grond viel en over de Mariadistel spetterde.
Op dit schilderij is van spetteren geen sprake. Oh nee, Maria spoot, gezien de afstand die haar melk moest overbruggen.

5. MADELIEFJES

Gebroeders van Eijk: Lam Gods (detail)
 In de oude Griekse mythologie spelen madeliefjes een rol.
In Keltische sagen is de bloem magisch omdat deze het groeiproces kan stilleggen. De fee Milka zou de zoon van de koning stiekem madeliefjes te eten hebben gegeven, waardoor hij nooit volwassen zou worden.

“Als gij niet wordt als kinderen zult gij het rijk der hemelen niet binnen gaan.” 
staat in De Bijbel geschreven.
Met de witte stralen en het goeden hartje, is het een Maria bloem geworden.

Hier staan de bloemen niet afgebeeld op een Maria-schilderij maar op het schilderij ‘Lam Gods’ van de gebroeders van Eijk. Mensen uit alle windstreken, alle volkeren en culturen komen bijeen.
Het gras is bezaaid met madeliefjes uit alle culturen. Kijk maar naar de Chinese hoedjes en Arabische tulbanden die met name links onder verzameld zijn.
Welke stad op de achtergrond staat afgebeeld, is niet duidelijk. Sommigen zeggen dat het Maastricht is. Het had gekund.

Gebroeders van Eijk: Lam Gods (onder paneel)

Gebroeders van Eijk: Maria (detail uit Lam Gods boven paneel)

6. DE WILDE CICHOREI

 
Engels getijdenboek: Maria ten hemelopneming (kroningspagina)

Brievier van Beatrijs: Maria uit de hemel terug

De wilde cichorei is het symbool voor trouwe liefde.
Het behoort tot de bittere kruiden die tijdens het Joodse paasfeest worden gegeten ter herinnering aan de bittere tijden in Egypte.
Het is het symbool voor Maria’s Hemelvaart.
In het Engelse getijdenboek staan alleen witte bloemen bij Maria’s Hemelvaart. Het blauw in het brievier van Beatrijs is de weerschijn daarvan op aarde. Liefde moet van twee kanten komen, niet waar?

Daniel Seghers: bloemen met een madonna beeld
 
Er bestaan veel meer Mariabloemen.
Hele waslijsten zijn in het verleden opgesteld.
Vrouwen mantel
Lieve vrouwen bedstro
Etc. etc.
Daarom vind ik leuk om dit soort verhalen te vertellen,
hoe verschillend wij ook zijn, roze, rood of blauw. wij zijn eigenlijk allemaal bloempjes van Maria.

Hieronymus en Matthys Cock: vlucht naar Egypte


Maria op de vlucht naar Egypte met op de achtergrond een water- en rechts boven, een windmolentje.

VRAAG VAN EEN MEDECURSIST:
De feedback die ik kreeg was positief. Wel was het verhaal te lang voor vijf minuten. Het zou avondvullend kunnen zijn.
Een van de cursisten merkte op dat zo’n verhaal niet in de Islam mogelijk is.

HELAAS
Helaas moet ik dit ontkennen.
Dit verhaal is hartstikke Islamitisch.
Maria (Marjam) vervult een centrale rol in de Koran als moeder van Isa (Jezus)

"En Wij hebben de zoon van Marjam en zijn moeder tot een teken gesteld, en Wij verschaffen hun toevlucht op en hoogte, die vastheid bood en bronwater."  (Koran soera 23 vers 50)

Ook in de katholieke en orthodoxe kerk wordt Maria soms "bron van leven gevend water" genoemd.

Maria bron van leven, Grieks icoon 2011
Het symbool van de gesloten tuin  (hortus conclusus) is een veel gebruikt thema in Islamitische tuinarchitectuur. 

 

Vaak is daar midden in een fontein te vinden al of niet voorzien van leeuwen zoals de beroemde leeuwenfontein in het Alhambra te Granada.


Ja Mohammed, een duidelijker teken is niet te vinden en door door de kracht van Maria te abstraheren tot planten en bloemen in het veld maken wij duidelijk dat haar krachten niet gebonden (gelimiteerd) zijn aan het menselijk lichaam. Nee haar krachten zijn grootser en weidser dan dat.

In het oude bevloeiden waterraderen het land. De Arabieren kenden al watermolens. 

Waterraderen in Noria at Hama, Syrië

 "Dank aan de molenaar."
 "Iemand moet toch het water uit de bron aanwenden, verspreiden en (mis)gebruiken?!"

Als dank dat ik een molenaar mag zijn, sluit ik mijn blog met een fragment uit het gedicht 'de rozentuin' van de bekende 13de eeuwse Islamitische dichter Mevlana Jalaluddin Rumi:

"Kom, laat ons praten tot elkaar
Door middel van de Ziel,
En dingen zeggen die voor oog en oor geheim zijn.
Laat ons lachen als een rozentuin
Zonder lippen, zonder tanden.
Laat ons spreken door gedachten
Zonder tong en zonder lip.

Laat ons de geheimen van de wereld,
alle, tot het einde toe vertellen
Zonder onze mond te openen,
Als goddelijk intellect.

Sommigen kunnen alleen verstaan
Door te luisteren en naar de mond te zien.
Laat ons uit hun tent blijven."
" 'Zeg' het met molentjes...."
"...en met bloemen." 
 
Bronnen:
Jurrie Meulenhoff en Sophieke Nijhuis: 'Planten en hun legenden, een tuin vol verhalen', WBOOKS, Nederlands Openluchtmuseum 2012
en de volgende websites:




donderdag 11 september 2014

TORENVALK


He bah, poep voor de molen pal naast de ronde toegangspoort tussen de molen en de mooi aangelegde kruidentuin; gore poep.


“Het zullen duiven zijn”, was mijn eerste reactie.
“Snel schoonmaken. Het is ’n naar gezicht voor bezoekers.”

Maar de volgende dag was nieuwe shit gevallen. De dag daarop weer, iedere dag opnieuw.
“Structurele maatregelen zijn nodig. Weg met de duiven in die vensterbanken!”


Toen ik een en ander nader bestudeerde, zag ik braakballen. Van die grijze bolletjes uitgebraakt…

 

“Door een uil.” dacht ik.
Uilen op de molen. Er waren al uilen gesignaleerd in de kasteeltuin. Die komen ’s nachts dus op de vensterbanken van de molen zitten.

“Wat doen we met de uilen?” vroeg ik aan een van de bestuursleden.
“Hun poep is een vies gezicht voor bezoekers. Ze poepen niet alleen op de grond, ook de meelzakken schuifplank naast de molenpoort is ondergescheten.”

 

“Die passen in een natuurlijke tuin als de onze. Laat ze lekker zitten. Ik vraag mensen met het helpen met het schoonmaken.” was haar reactie.

OK, sommige collega molenaars zijn trots op hun uilenkast op de molen. Vooral als de lokale IVN ze heeft geleverd.  Ze plaatsen dan een spannend filmpje op internet.

Bekender zijn katten op molens. Als molengek heb ik thuis een afbeelding van de beroemdste molenkat, de gelaarsde kat.

Het boek 'hoor die Tori!' dat toevallig op de salontafel lag, is van Michiel van Kempen. Een tori is een Surinaamse vertelling.
Die kat komt uit een heel leger molenkatten die de kunstenaar Ottmar Hörl in de Franse plaats Epinal bijeen riep.


Bron

Epinal, de geboorteplaats van Jean-Charles Pellerin. Die werd beroemd door zijn gedrukte prenten vol soldaten en andere figuren, van bouwplaten tot aankleedpoppen en smartlappen; de zogenaamde 'Image d’Epinal'. 

'Image d’Epinal'


Tussen dit soort beeldfiguren verscheen plotsklaps de meest beroemde molenkat, de gelaarsde kat (Le Maître chat ou le Chat botté).

 


 

Het verhaal van de gelaarsde kat liep goed af.
(Windmolen collegae, let even in het filmpje hoe de molen in de openingsscène draait.)

Helaas, als natuurgids leerde ik sporen nader te analyseren. Geen kat, geen uil, in die braakballen zaten geen botten. Uilen eten hun prooi in zijn geheel op, zelfs de gelaarsde kat verslond de boze tovenaar in één hap op.

“Uilen slikken hun prooi in z'n geheel naar binnen. Daardoor komen ook alle botjes in de maag terecht. Roofvogels daarentegen plukken hun prooi en krijgen wel enige botjes binnen, maar de grotere botten blijven liggen. Verder hebben roofvogels sterkere maagzuren dan uilen, waardoor de meeste ingeslikte botjes ook nog verteerd worden. Twee redenen dus waarom er in uilenballen meer botjes voorkomen dan in braakballen van roofvogels.”


Toen een van mijn collegae op de Kasteeltuin een veer bij de molen vond, was het raadsel opgelost:
Geen kat, geen uil, maar torenvalken zaten in de vensterbank. Terwijl de Valkenburgse torenvalken wachtten, scheten ze de molen onder.

Bron

Waar dromen die van, waar wachten ze op?


Dat er muizen zitten op de Schaloensmolen is duidelijk. De opgezette das in ons rommel hok, ‘kamertje noord’, 


kreeg er koude rillingen van op haar rug.

 

 

En als die muis zich nu laat zien…

Bron

Dag muis! 
"Wat 'n bal!"